Wie een zeldzame vorm van kanker krijgt, heeft op meerdere fronten extra pech: behandeling die voor andere vormen van kanker werkt, is hier nog niet altijd bewezen effectief. Radboudumc is expertisecentrum op het gebied van sarcomen. Hier komen bijvoorbeeld mensen terecht met myxofibrosarcomen; kanker in de weke delen. Een van de patiënten die hiermee in het expertise­centrum terecht kwam was Henk. In eerste instantie kwam Henk bij zijn arts voor een allergische reactie waarbij een bultje op zijn pols anders aanvoelde als de andere plekjes.

Onschuldig bultje
“De allergische reactie trok weg maar het bultje bleef. In eerste instantie werd ­uitgegaan van littekenweefsel. Er werd besloten om het bultje niet te verwijderen” vertelt Henk. “Het leek niet verstandig om iets ‘onschuldigs’ te verwijderen en daarmee het risico te lopen om onderliggende zenuwen te beschadigen.”

Na 3 jaar was het bultje gegroeid van 1 mm naar 5 cm en werd besloten om het toch maar te verwijderen. Henk werd door­verwezen naar het streekziekenhuis waar de chirurg toch eerst beter wilde bekijken wat het precies was. “Er bleek iets vreemds aan de hand te zijn. Na een MRI-scan en een biopt werd duidelijk dat het om een myxofibrosarcoom ging. Wat vrij zeldzaam is.” Een second ­opinion in het Radboudumc bevestigde de ­diagnose. “Daar ben ik bij prof. dr. Hans de Wilt ­terecht gekomen. Je gaat opnieuw door de molen. Gelukkig bleek ik geen ­uitzaaiingen te hebben.”


‘Een second opinion in het Radboudumc bevestigde de diagnose’


Als patiënt ga je natuurlijk op zoek om te kijken wat een myxofibrosarcoom is. Er was niet veel informatie beschikbaar, niet alleen over myxofibrosarcomen maar ook niet over de behandeling, het vervolg en het verloop. Er is niet veel keuze in ­behandeling. Henk: “Ik heb vooral gekeken naar weten­schappelijke ­publicaties en dan schrik je wel. Daarin werden overlevingskansen van 40% aangegeven. In het Radboudumc kreeg ik Jacques Peters als casemanager. Hij verdient echt een pluim. Hij kon mij antwoorden geven op ­vragen en zo nodig zocht hij dingen verder uit.”

Gelukkig trof het mij niet 10 jaar eerder
In een redelijk korte tijd is toch meer inzicht ontstaan in de behandeling. Tien jaar geleden was een amputatie nog heel gebruikelijk om de tumor te verwijderen. Bestraling voor de operatie zou gunstig kunnen zijn. Ook in het geval van Henk werd hiervoor gekozen. “Na bestraling werd ik geopereerd waarbij ik heb gekozen voor een plaatselijke narcose. De operatie is goed verlopen. In mijn geval kon het verwijderen van de tumor beperkt blijven tot de spieren en eigenlijk doet alles het weer als vanouds. Ik ben mij er bewust van dat ik geluk heb gehad.”

Donatie aan onderzoek
Ongeacht het verloop van zijn ziekte en de operatie besloot Henk een financiële ­bijdrage te geven aan wetenschappelijk onderzoek naar kanker. Henk: “Tijdens mijn zoektocht raakte ik toch steeds meer geïnteresseerd in zeldzame kankers. Bij veel voorkomende kankersoorten zijn mensen eerder geneigd om te ­doneren omdat het vaker iemand treft die ze kennen. Iedereen kent bijvoorbeeld wel iemand met borstkanker. Bij een ­zeldzame kanker, de naam zegt het al, ligt dat anders.”


‘Misschien kunnen we ­mensenlevens redden of ­verlengen.’


Met prof. Hans de Wilt is besproken welk onder­zoek geschikt zou kunnen zijn. Hij kwam met het belangrijke onderzoek naar myxofibrosarcomen. “Hij heeft uitleg gegeven over het onderzoek en ik kreeg er vertrouwen in.”
Met behulp van de donatie van Henk is de pilot-studie opgestart en kan het eerste jaar gefinancierd worden.

We hopen dat er positieve resultaten uit de eerste studies komen waarmee we andere particulieren of bedrijven kunnen overtuigen om hier ook financieel aan bij te dragen. “Misschien kunnen we daarmee mensen­levens redden of verlengen.”

De naam Henk is gefingeerd. Zijn naam is bij de redactie bekend.


Meer weten over het onderzoek naar myxofibrosarcomen?

Lees hier meer >


Doneren aan het onderzoek “Zoektocht naar goede behandeling bij Myxofibrosarcomen” is ook mogelijk. Klik op de button hieronder om direct te doneren.

Wandel kanker de wereld uit

Al jaren lopen mensen de Nijmeegse Vierdaagse voor onderzoek naar kanker in het Radboudumc. You’ll never walk alone… Ondanks dat de Nijmeegse Vierdaagse dit jaar weer is afgelast willen we toch deze enthousiaste lopers blijven aanmoedigen hun eigen wandeltocht te lopen.

Misschien was je al gestart met trainen voor de Nijmeegse Vierdaagse en was je van plan om met een groep samen te wandelen. Om je sportieve prestatie niet verloren te laten gaan, om te wandelen met betekenis én als steun voor al die mensen die vechten tegen kanker, hebben wij ”Wandel kanker de wereld uit” in het leven geroepen en vragen wij jou om voor ons te gaan wandelen. Solo dus, maar niet alleen!

Uniek wandelshirt en limited edition wandelkruisje
Iedereen kan meedoen! Zolang je maar kan aantonen dat je je eigen wandelprestatie hebt gehaald. Deelnemers ontvangen na inschrijving een uniek “Wandel-kanker-de-wereld-uit” shirt en na afloop van hun solo wandeltocht een Limited Edition wandelkruisje. 

Bennie Solo moedigt je aan!
Wie kent hem niet: Bennie Solo. Misschien wel de meest bekende Vierdaagse feestganger. Extra leuk: als je van tevoren laat weten wanneer je gaat wandelen zal Bennie Solo je persoonlijk aanmoedigen.

Meer weten?
Klik hier voor meer informatie over onze wandelactie. Daar kan je ook een eigen actie aanmaken op ons actieplatform. Meteen een actie aanmaken kan ook: klik dan op de button rechts van deze pagina. Doe je mee?

Gerelateerd project

Jantien stond midden in het leven. Ze was een positieve vrouw die wel van een lolletje hield. Kort na de geboorte van haar tweeling Sam en Daan werd geconstateerd dat ze ernstig ziek was. Tijdens haar behandelingen in het ziekenhuis werd duidelijk dat voor haar vorm van kanker weinig geld beschikbaar was voor onderzoek. 

 “Ze was helemaal weg van haar behandelend arts en wilde dat er meer gedaan kon worden aan onderzoek naar deze vorm van kanker” vertelt haar vriendin Judith.
Barend, de man van Jantien, vult aan: “We zijn destijds toen Jantien eigenlijk al opgegeven was heel fijn opgevangen door haar arts prof. dr. Carla van Herpen, zij heeft altijd de tijd en moeite genomen om ons te helpen. Daarnaast verdienen heel veel andere mensen in het ziekenhuis een dikke vette pluim, de zusters op de afdeling en de aya (young adolescent) poli bijvoorbeeld. Echt super hoe ze altijd rekening hielden met het dieet door verse gerechten voor te schotelen. Die warmte en behulpzaamheid waren we helaas niet gewend.”

In actie om onderzoek te financieren
Omdat speekselklierkanker weinig voorkomt was het voor Carla van Herpen vaak lastig om financiering van onderzoek te vinden. In 2016 is ze zelf gestart met het inzamelen van geld om een arts-assistent een jaar lang onderzoek te laten doen naar behandelingen voor speekselklierkanker. Jantien besloot hiervoor een actie te starten om zo veel mogelijk geld op te halen voor dit onderzoek. Het werd een fietstocht, de Tour de Jandix. Jantien heeft dit samen met een aantal vrienden opgepakt. Er werd kleinschalig gestart met 6 gezinnen. Judith: “Jantien was zo fanatiek, ze zorgde ervoor dat er steeds meer mensen werden bijgehaald.” Ondanks dat Jantien zelf niet kon meefietsen was ze er wel bij. Ze stond bij de rustpost onderweg iedereen enthousiast op te wachten, waar vervolgens ook spelletjes gedaan werden. Iedereen kon zijn bijdrage in een kartonnen donatie box stoppen en daarmee heeft ze de eerste editie 5000 euro opgehaald. “Daar was ze zó trots op” vertelt haar vriendin Judith. “Ze heeft de cheque nog zelf kunnen overhandigen aan haar arts.”

Een blijvende tocht ter nagedachtenis aan Jantien
Ook bij de uitvaart van Jantien is er geld opgehaald. En dat was veel. “Toen haar ouders dat aan Carla gaven was ze onder de indruk dat er bij een uitvaart zoveel was opgehaald. Dat was heel bijzonder.” Ondanks dat Jantien inmiddels was overleden heeft Judith, samen met vriendinnen Elma en Annie, het jaar daarna weer de fietstocht georganiseerd. Judith: “Sindsdien blijven we jaarlijks de fietstocht organiseren. Ook blijven we op deze dag geld inzamelen voor het onderzoek naar kanker. We starten de dag met een toast op onze vriendin en staan even bewust stil bij het feit dat het leven niet vanzelfsprekend is. Dat blijft een mooi moment. Het voelt ook als een soort reünie want door de fietstocht blijven we ook haar familie, vrienden en hun kinderen zien.”

Na het herdenkingsmoment start de fietstocht. Ieder jaar wordt een andere route uitgezet. Iedereen mag op zijn manier meedoen. Sommige mannen pakken de racefiets, anderen gaan op de gewone fiets en ook de kinderen gaan mee op hun eigen fietsjes. “Worden ze te moe, dan gaat kind en fiets verder mee achterop.” Judith: “Het is ieder jaar weer een bijzondere dag. Helemaal in de geest van Jantien.”


Helpt u prof. dr. Carla van Herpen mee haar onderzoek naar speekselklierkanker te realiseren?

Uw bijdrage aan dit onderzoek maakt het mogelijk dat in het Radboudumc PSMA-scans worden gemaakt bij patiënten met speekselklierkanker. In eerste instantie kan dit leiden tot betere diagnostiek van speekselklierkanker. Er kan dus beter worden vastgesteld waar de ziekte zich bevindt. Een nog belangrijker doel is dat deze studie in de toekomst kan leiden tot een nieuwe behandeling voor speekselklierkanker. Lees meer over het onderzoek, doneer of maak een eigen actie aan.

Nadat in 2018 de eerste truck van ­Willems Transport de weg ­opging met het logo van het Radboud Oncologie Fonds op beide kanten van de vrachtwagen is daar inmiddels de derde aan toegevoegd. “Wij vinden dat áls je iets kan doen, dat je dat ook moet doen.” legt directeur Arie van Rijn uit.” Willems Transport is een familie­bedrijf. “We doen dit werk écht met elkaar en zijn heel betrokken bij onze collega’s. Wat betreft kanker hebben we er helaas allemaal wel op een bepaalde manier mee te maken.”

Dat de beletterde vrachtwagens ook bij anderen worden opgemerkt blijkt wel uit de reacties. Arie: “Soms krijgen we een mail van een leverancier hoe mooi ze dit ­initiatief van ons vinden. Als ­Zakenvriend van het Radboud Oncologie Fonds ­kunnen wij op die manier iets terugdoen. Zo willen wij met onze steun op deze manier bijdragen aan onderzoek naar kanker.”


Indrukwekkend
Als Zakenvriend komt Arie ook op de speciaal voor de zakenvrienden georganiseerde netwerkbijeenkomsten. De laatste keer ging het over hoe voeding kan bijdragen aan het herstel van ­patiënten in het ziekenhuis “Ik was daarvan onder de ­indruk. Je ziet dat ook over de voeding heel goed wordt nagedacht. Zelfs ­gebaseerd op computerdata. Daar denk je zelf toch niet bij na. Ik vind dat heel interessant en kom daarom graag naar deze bijeenkomsten.”

Ook Zakenvriend worden?
Neem contact op met Marieke Kokkeler via 06 – 2121 8871

Dat is de stellige overtuiging van Mathieu Goedhart. In 2012 kreeg hij te horen dat hij ongeneeslijk ziek was. Met daarbij de verwachting dat hij niet langer dan 2 jaar zou leven. “1 november is het alweer 8 jaar geleden dat ik voor het eerst geopereerd ben.” zegt Mathieu.

Mathieu in juni 2019 tijdens zijn eerste halve ­triatlon, de Iron Man 70.3 in Luxemburg. 

“Wat kan ik er zelf aan doen om positief bij te dragen aan het ziekteproces?” vroeg Mathieu aan zijn arts, prof. dr. Witjes van het Radboudumc, nadat hij te horen had gekregen dat hij zo ernstig ziek was. “Doe maar wat jij goedvindt en waar jij je het beste bij voelt.” kreeg hij als reactie te horen. Mathieu was al een actief sporter en besloot vanaf dat moment nóg meer te gaan sporten om de zware hormoonbehandelingen aan te kunnen. Hardlopen, zwemmen en krachttraining. Ik kreeg daarna steeds de best mogelijke bloeduitslagen. Dat sterkte mij in de gedachte dat een gezonde leefstijl bijdraagt. “Daarnaast voelde ik mij na het sporten ook heel sterk. Het deed iets met mijn mentale veerkracht.”

Sport en voeding
Tegelijkertijd is hij ook aan de slag gegaan met zijn voeding. “Ik liep door de supermarkt met een ‘Wat-zit-er-in-uw-eten-boekje’ om alle producten te scannen op toegevoegde middelen en E-nummers. Natuurlijk eet ik veel groente en fruit. En dat doe ik nog steeds.”

Voordat Mathieu voor de eerste keer geopereerd werd heeft hij nog een halve marathon gelopen. “Dat was de finale ­afsluiting zodat ik topfit de operatie kon ondergaan. Het herstellen van de ­operatie is daardoor ook heel goed verlopen.”
Inmiddels heeft Mathieu veel behandelingen en operaties achter de rug. In 2017 is hij zelfs drie keer geopereerd. Dankzij zijn fitheid durfden artsen het aan om iedere volgende operatie uit te voeren.


Ik liep door de supermarkt met een ‘Wat-zit-er-in-uw-eten-boekje’


Uit onderzoek blijkt dat een goede lichamelijke fitheid patiënten met kanker betere overlevingskansen biedt. Het versterkt je natuurlijke afweer en zorgt voor een sneller herstel. “Mijn ultieme doel is: horen dat ik schoon ben.”

Inzetten voor het goede doel
Naast zijn fulltime baan en zijn gezin probeert hij tijd vrij te maken voor goede doelen waaronder het Radboud Oncologie Fonds. “Ik heb veel te danken aan Radboudumc en prof. dr. Witjes in het bijzonder en doe daarom graag iets terug.” Volgens hem werkt het twee kanten op. “Artsen doen er alles aan om je beter te maken en zien vervolgens dat het werkt. Ik probeer hen te helpen door geld in te zamelen voor meer onderzoek, zodat zij weer meer mogelijkheden hebben om mensen te behandelen.”

We gaan een nieuw jaar tegemoet en vanuit dat oogpunt wenst Mathieu dat nog meer mensen zich bewust zijn van een gezond leefstijl. “Te veel mensen zijn daar zich daar niet bewust van. Je kan nooit voorkomen dat je kanker krijgt maar op het moment dat je onverhoopt ziek wordt kan het zeker helpen. Artsen hebben aangegeven dat als ik niet zo’n gezonde levensstijl had gehad ik er waarschijnlijk niet meer was geweest. Ik hoop dan ook dat dit artikel bijdraagt aan de bewustwording hiervan. Het kan je verder helpen en het draagt absoluut bij aan een beter verloop van je ziekteproces.”


Hope4life Ontbijtrun


Elk jaar organiseert Mathieu in zijn woonplaats Deil de Hope4Life Ontbijtrun. Hierbij wordt hardlopend of wandelend geld voor kankeronderzoek opgehaald. Na afloop krijgen de deelnemers een geheel verzorgd en door lokale ondernemers gesponsord ontbijt.
Wil jij Mathieu helpen bij het inzamelen van geld voor onderzoek?

Het eerste jaar nadat bij een patiënt een tumor in het hoofd-­halsgebied is geconstateerd blijft hij intensief onder controle van de arts en ­andere zorgverleners. Na een jaar maakt de patiënt zelf de keuze om te ­bepalen óf en hoe vaak hij door de arts wordt gezien. Dat is de bedoeling van het onderzoek van initiatiefnemer Robert Takes, hoogleraar Keel-, Neus- en Oorheelkunde in het Radboudumc. Samen met dr. Julia van Tol-­Geerdink wil hij ­een keuzehulp ontwikkelen die ­patiënten meer eigen regie geeft over hun nazorg.

Kanker in het hoofd-halsgebied is een veel voorkomende vorm van kanker in ­Nederland. Het aantal mensen dat de diagnose krijgt neemt ieder jaar toe en ook jongere mensen lopen steeds meer risico. Afhankelijk van de plek waar de tumor groeit zijn de behandelingen en gevolgen anders en ook de kans op terugkeer van de kanker. De behoeften van mensen die te maken krijgen met hoofd-halskanker verschillen van elkaar terwijl álle patiënten met hoofd-halskanker op dit moment wél dezelfde nazorg krijgen. Dat betekent 17 nacontroles in 5 jaar. “Is de standaard nazorg nog wel de beste ­manier of kunnen we meer op de individuele ­behoeftes inspelen?” vraagt Robert zich af.

Verschil mag er zijn
“Er zijn 2 redenen waarom we een ­keuze­hulp willen ontwikkelen” vervolgt Julia. “Als eerste is er nauwelijks wetenschappelijk bewijs dat al die ­controles een ­betere kans op overleving zou ­opleveren. In de praktijk merken we dat als een tumor terugkomt deze vaak tussen de geplande afspraken in wordt gevonden. Mensen ­krijgen klachten, trekken aan de bel en worden vervolgens verder onderzocht. Tweede aspect is dat mensen onderling verschillen. Waar de een het fijn vindt om regelmatig bij de arts terug te komen en de bevestiging te krijgen dat alles nog steeds goed gaat, wordt de ander bloednerveus als de controle­datum weer in zicht komt.”

“De keuzehulp wordt voor een jaar na de behandeling ontwikkeld. Het eerste jaar moet de patiënt altijd regelmatig gezien worden” geeft Julia aan. “Het blijkt dat als de tumor terugkomt, dit vaak in het eerste jaar gebeurt. Daarnaast verschilt het ook per patiënt hoe hij de ziekte beleeft. Dit heeft ook te maken met wat de impact is geweest van ­de behandeling. Bij het maken van de beslissing, ga ik voor standaard­controles of juist voor meer zelfregie, moeten juist deze groep patiënten goed begeleid worden. Voor die beslissing ontwikkelen we de keuzehulp.”


‘Ga ik voor standaardcontroles of juist voor meer zelfregie’



Robert is voorzitter van de Nederlandse Werkgroep voor Hoofd-Hals Tumoren.Een werkgroep die bestaat uit medici en paramedici die zich bezig houden met de diagnostiek, behandeling en ­controle van patiënten met een tumor in het hoofd-halsgebied. Ook vanuit deze werkgroep wordt er al langere tijd ­gekeken of de nazorg anders en/of verbeterd kan worden. Daar is dit onderzoek voor nodig. “Als we de patiënt de beste keuze willen geven, hoe moeten we dat dan doen? Hoe vaak moeten de controles gedaan worden en hoe nuttig zijn deze? Maar ook, wat zijn de gevolgen van een persoonlijke nazorg op het verloop van de ziekte en hoe zorgen we dat ­patiënten een gedegen keuze kunnen maken? ­Allemaal vragen waar onderzoek naar gedaan moet worden.

Effecten van het onderzoek
Technisch gezien is de keuzehulp klaar en is hij bruikbaar. Rest de vraag hoe deze het beste te implementeren is binnen de nazorg. Dat is de volgende fase in het onderzoek. Er zal een vergelijking worden gemaakt tussen de manier waarop de ­nazorg nu is ingericht ten opzichte van de nazorg die wordt geboden op basis van een weloverwogen besluit met gebruik van de keuzehulp. Zodra alle gegevens op een goede manier ­verzameld zijn, kunnen we evalueren. Robert: “­Tenslotte moeten we kunnen bewijzen dat wat we denken dat beter is voor de nazorg ook daadwerkelijk beter is.”

Juist deze patiënten individuele zorg
Behandelingen van hoofd-halstumoren hebben grote invloed op de levens­kwaliteit van patiënten. Wanneer de behandeling eenmaal achter de rug is, lopen deze ­mensen regelmatig tegen problemen aan. Julia: “Problemen met spreken en eten ­komen bijvoorbeeld vaak voor. Ook het uiterlijk kan veranderen. Daar moet niet ­alleen de patiënt zelf aan wennen, maar ook zijn of haar omgeving. Juist in deze tijd waarbij de feestdagen voor de deur staan komen het verlies van de functies en de impact daarvan nog meer naar voren. Voor die groep is het belangrijk om de nazorg zo individueel mogelijk te maken.”


Helpt u prof. dr. Robert Takes en dr. Julia van Tol-Geerdink mee hun onderzoek te realiseren?

Schermafbeelding van een onderdeel van de keuzehulp

Wilt u liever uw donatie ­overmaken via ons rekening­nummer?
Dat kan via ­NL34RABO 033 0000 039 o.v.v. 6000307827200012 op naam van Stichting Radboud Fonds inzake Radboud Oncologie Fonds.

Wat doe je als je actief wielrenner bent en je krijgt de diagnose prostaatkanker te horen? In het geval van Henk Sepers stap je op de fiets. “Je gaat datgene doen waar je de meeste moed uit put.” zegt Henk. In 2019 bleek hij uitzaaiingen te hebben nadat in 2016 prostaatkanker bij hem was vastgesteld. “Door te fietsen hoop ik de ziekte zo lang mogelijk onder controle te houden. Zowel fysiek als mentaal.”

Een arts (niet zijn behandelend) viel op hoe mooi hij de dingen kon beschrijven en gaf hem het advies om zijn verhalen op te schrijven. “Het is beter als niet de dokter, maar een ‘niet medicus’, andere mensen overtuigt om genoeg te bewegen.” aldus de arts. Henk begon met het schrijven van zijn verhalen en gebruikt daarbij het wielrennen als metafoor. Uiteindelijk zijn dit 2 verhalenbundels geworden: Fietsen als reddingsboei en Doorfietsen. “Ik hoop hiermee mensen te inspireren om vooral te gaan bewegen en de ziekte een plek te geven.”

Hij is geïnteresseerd in het PROMPT-onderzoek en hoopt ook in aanmerking te komen voor de persoonsgerichte behandeling. Daarom heeft hij besloten om de opbrengst van zijn verhalenbundels te doneren aan onze actie Prompt-een-snor

De verhalenbundels kosten € 19,99 per stuk en zijn te bestellen via: www.bravenewbooks.nl/henksepers

Dna-bepaling leidt naar beste behandeling prostaatkanker

Artikel uit De Gelderlander van 28 oktober 2020

Door Frank Hermans

‘Onbehandelbare’ prostaatkanker is bij Fred Krijnen dankzij nieuw dna-onderzoek tóch te behandelen. Het Radboudumc zoekt uit of dat zo is bij meerpatiënten.

Vier kleinkinderen heeft hij nog geboren zien worden, en de afstudeerfeesten meegemaakt van zijn drie al volwassen kinderen. Wie had dat in 2011 nog durven denken? De nu 62-jarige Fred Krijnen zelf was de laatste.

Wat wil je ook als je van de artsen te horen krijgt dat je nog maar een paar maanden te gaan hebt. Ernstig uitgezaaide prostaatkanker, niets meer aan te doen, zo werd hem verteld.

Springlevend
Maar Fred is tot op heden springlevend en nog steeds actief als adviseur voor een Rotterdams havenbedrijf. Hij doet vrijwilligerswerk bij het Nationaal Militair Museum. Zet zich in voor de Nederlandse Hockeybond. Niet omdat het moet, maar omdat het kan. Want: ,,Mijn psa (graadmeter voor activiteit van prostaatkanker, red.) is alweer een half jaar 0 tegen eerst 168. Ik geloof het zelf ook niet. Het stemt enorm blij.”

Een wonderbaarlijke wederopstanding? Dat zeker. Maar niet zo wonderbaarlijk dat het een uniek kunststukje betreft. Althans, dat denkt zijn medisch oncoloog Niven Mehra van het Radboudumc. De therapie waarmee Fred er weer bovenop kwam, zou wel eens het ei van Columbus kunnen zijn voor veel meer prostaatkankerpatiënten.

Experimentele behandelmethode
Crux in de aanpak bij Fred is een veelbelovende, maar nog steeds experimentele behandelmethode. Aan de basis ligt dna-onderzoek met een stukje tumorweefsel uit Fred’s prostaat. Dat verstrekte gedetailleerde informatie over de soort kankercellen. ,,Door mutatie op mutatie ontwikkelen prostaatkankercellen zich bij iedereen verschillend en vooral meer of minder agressief. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat een behandeling op de persoon gericht moet zijn, niet per se op de soort kanker”, legt Mehra uit.

Fred: ,,Uit mijn dna-profiel bleek dat er met mijn type kankercellen een factor 10 meer kans was voor een succesvolle behandeling met een bepaald soort medicijn. Normaal wordt dat ingezet bij long- en huidkanker, maar dokter Mehra kon zien dat het ook wel eens bij mij zou kunnen werken.”

‘Laatste kans’-behandelingen
Er zijn al volop aanwijzingen dat de gecombineerde aanpak van dna-bepaling en leentjebuur spelen van medicijnen bij huid- en long, maar ook blaas- en borstkankerspecialisten, ook bij andere patiënten goede resultaten oplevert. Mehra: ,,Bij nog eens 75 uitbehandelde prostaatkankerpatiënten zagen we bij een vergelijkbare ‘gepersonaliseerde’ behandeling gemiddeld 2 á 3 jaar langere overleving.”

Altijd ging het om ‘laatste kans’-behandelingen, waaronder immunotherapie en een nieuwe ‘chemopil’. Mehra: ,,Ze werken bij ‘heterogene’ kankers, waarbij kankercellen zich in allerlei richtingen ontwikkelen. Dat is ook zo bij prostaatkanker.”

Eerder mee beginnen
Omdat de speciale behandeling in alle 75 gevallen pas gestart werd op het moment dat de reguliere therapieën niet (meer) bleken te werken, verwachten Mehra en zijn onderzoekers dat de te behalen ‘winst’ veel groter kan zijn. ,,Als je er veel eerder mee begint, op het moment dat de patiënten nog in goede conditie zijn.” En wie weet, ligt er mogelijk genezing voor ‘ten dode opgeschreven’ prostaatkankerpatiënten in het verschiet.

Hoewel de psa al langer ‘0’ is, durft Fred aan dat laatste niet te denken. ,,Het blijft elke maand spannend of de prostaatkanker nog steeds weg is.” Jammer vindt hij achteraf dat inderdaad niet meteen al met de zo succesvol gebleken behandeling is gestart. ,,Dat had me veel scanonderzoeken en schadelijke chemotherapieën gescheeld die me niets hebben opgeleverd. Zonde van tijd die toch al kostbaar is en geld.”

Individuele tumorkenmerken
Dat vindt ook medisch oncoloog Niven Mehra. Onder zijn leiding start het Radboudumc een studie naar uiteindelijk 600 patiënten met uitgezaaide prostaatkanker. ,,Bij hen gaan we wel zo snel mogelijk beginnen met therapieën die zijn afgestemd op hun individuele tumorkenmerken. We willen definitief bewijzen dat zo’n behandeling effectiever is en meer kwaliteit van leven en levensduur oplevert. In dat geval zal zo’n benadering snel de norm worden.”


Behandeling moet gericht zijn op de persoon, niet per se op de soort kanker

Niven Mehra


November: maand van snor tegen prostaatkanker

Medisch oncoloog Niven Mehra met aangegroeide snor.

Het Radboud Oncologie Fonds roept mannen op in november een maand lang de snor te laten staan en daar bekenden geld voor te vragen. Met deze crowdfundings actie hoopt het fonds tienduizenden euro’s in te zamelen. Er is 1 ton nodig voor onderzoek naar de nu nog experimentele ‘gepersonaliseerde’ behandeltherapieën bij uitgezaaide prostaatkanker. ,,Een chemokuur hoef je niet te ondergaan, je snor laten staan is in vergelijking daarmee niet een heel bijzondere prestatie”, zegt fondsenwerver Marieke Kokkeler van het Radboudumc. ,,Maar als je meedoet aan deze crowdfundingsactie, draag je wel bij aan het uit de wereld helpen van deze ziekte.”


Fabels en feiten

2100 patiënten krijgen per jaar de diagnose uitgezaaide prostaatkanker, nog eens 2000 prostaatkankerpatiënten krijgen na de eerste behandeling alsnog uitzaaiingen. Bij uitgezaaide prostaatkanker is de helft van de patiënten na vier jaar nog in leven, een kwart na 10 jaar.

Als de standaardbehandeling met hormoontherapie is uitgewerkt, krijgen patiënten nog hormoonpillen en chemotherapie. Dit slaat aan bij de helft van de patiënten, zij leven dan nog 3 á 4 maanden.

In een nieuwe studie van de afdelingen urologie en medische oncologie onderzoekt medisch oncoloog Niven Mehra van het Radboudumc of immunotherapie of een nieuwe chemopil – persoonsgericht, op basis van het dna-profiel van de patiënt – het leven verder kan verlengen.  

Marjolein Langen is verpleegkundig ­specialist gynaecologische oncologie en direct betrokken bij de vrouwen die de diagnose schaamlipkanker krijgen. Vanuit haar rol ziet zij welke gevolgen deze ziekte heeft voor de patiënt.
‘Als een vrouw de diagnose schaamlipkanker krijgt is het eerste waar ze aan denkt: de tumor moet eruit. Pas later komt het besef hoe ingrijpend de behandeling is geweest. Bij veel vrouwen heeft de ziekte en behandeling impact op intimiteit en seksualiteit en soms ook het zelfbeeld.’ zegt Marjolein.


Er zijn vrouwen die al een hele tijd met klachten hebben rondgelopen en pas laat met deze klachten naar de arts gaan. Door schaamte wachten sommige patiënten te lang met naar een dokter te gaan. Marjolein: ‘Soms is het heel schrijnend. Dan komt een vrouw pas op het spreekuur waarbij de tumor zo groot is, dat je weet dat ze hier niet een paar maanden mee heeft rondgelopen maar misschien zelfs jaren. Pas ­wanneer er hinderlijke klachten ­ontstaan, zoals problemen bij plassen of pijn bij zitten, wordt er aan de bel getrokken bij de dokter. Voor deze vrouwen is het soms al niet meer mogelijk de tumor volledig te verwijderen. Tijdige signalering is daarom belangrijk.’


Onderzoek kan hét verschil maken
Gelukkig komen ook veel vrouwen op tijd voor een behandeling. Voor deze ­vrouwen is het schaamlipkanker-onderzoek: behandeling met betere kwaliteit van leven van dr. ­Joanne de Hullu heel belangrijk. ‘Dit kan hét verschil maken voor de patiënt waarbij bijvoorbeeld een plasbuis, clitoris of anus bespaard blijft. Hoe kleiner de operatie, hoe ­minder de impact van de ziekte. Daarnaast is het goed om te weten hoe agressief de tumor is en hoe groot de kans is dat deze terugkeert. Je kan deze vrouwen op een goede ­manier op ­controle laten komen. Bij de ene patiënt zal het vaker nodig zijn terug te komen voor controle dan bij de ander.’
‘De behandeling heeft veel invloed op de seksualiteit en intimiteit van de vrouw. Soms verandert hun zelfbeeld en voelen ze zichzelf “minder vrouw”. Als hun verpleegkundig specialist voelt het goed om deze vrouwen bij te staan tijdens de meest kwetsbare momenten.’


Helpt u dr. Joanne de Hullu, Noortje Pleunis en dr. Hanny Pijnenborg mee hun ­onderzoek te realiseren? 

Het onderzoeksteam met v.l.n.r dr. Joanne de Hullu, Noortje Pleunis en dr. Hanny Pijnenborg

Wilt u liever uw ­donatie ­overmaken via ons rekening­nummer?
Dat kan via ­NL34RABO 033 0000 039 o.v.v. 3000 3078 1720 0007 op naam van ­Stichting ­Radboud Fonds inzake Radboud Oncologie Fonds.


Deze week is bij donateurs en geïnteresseerden de nieuwsbrief op de deurmat gevallen. In deze nieuwsbrief vragen wij aandacht voor een onderzoek wat zich in de taboesfeer bevindt: vulvakanker oftewel schaamlipkanker. Zo open als we als Nederlanders zijn, zo moeilijk blijkt het om openlijk en vrij te praten over kanker aan de penis, prostaat of vagina. Niet dat dit minder belangrijk is of minder consequenties heeft, maar omdat het nog vaak een taboe is om te praten over een ziekte in de schaamstreek. Terwijl er werkelijk niets is om je voor te schamen!

Andere onderwerpen die aan bod komen:
• Arts in actie: Prompt een snor
• Goed nieuws: Twee onderzoeken kunnen van start
• Even voorstellen: Annemiek Melchers
• Hoe werkt het Radboud Oncologie Fonds
• Donateurs en vrienden in het zonnetje
• Agenda

Bekijk hier de nieuwsbrief als pdf.

Wilt u de nieuwsbrief ook thuis ontvangen? Stuur dan een mail naar info@radboudoncologiefonds.nl met voornaam en achternaam.

© Copyright 2018 - 2024 Radboud Oncologiefonds - Alle rechten voorbehouden | Webdesign & Realisatie door Twin Digital